Renate Rumpel was een heel eenvoudig, nog in
de Deutsche Demokratische Republik gefabriceerd, theepotje. Die eenvoudigheid
straalde van haar af en zo gedroeg ze zich ook. Ze slaakte kleine gilletjes van
vreugde wanneer ze “Earl Grey” mocht brouwen, want dat was ze in haar jonge jaren absoluut
niet gewend geweest. Destijds was het meestal “Brause mit Fruchtgeschmack”, een
soort imitatiethee met een kunstmatig vruchtensmaakje, dat zich in haar
binnenste bevond.
Ze zag er best aardig uit, met een deksel waarop een rode
knop met het wapen van de “Erste
Arbeiter-und-Bauern-Staat”, klein, maar toch heel goed zichtbaar in een soort
plastic gegoten. Renate was groot
geworden in Dresden, maar toen de familie, die haar zowel ’s ochtends, ’s
middags en ’s avonds gebruikte, na de val van de Muur naar het westen, trok was
ze met wat ander huisraad ingepakt en mee naar Koblenz verhuisd en kwam ze op
een keukenplank te staan, vlak naast een recent aangeschaft waterketeltje,
Helga Durchfall geheten. Renate had na een dag al door dat Helga het idee had,
dat ze van heel andere, veel hogere komaf was. Ze had geprobeerd een gesprek
met Helga aan te knopen, maar dat was faliekant mislukt. Helga was geen
hogedrukketeltje maar een hogedunkketeltje, stelde ze vast. Typisch zo’n arrogant Westduits product, want
ze had op het handvat gelezen “Adolf Durchfall Metallwaren G.m.b.H. Remscheid”.
Klaarblijkelijk wist ze niet eens dat Durchfall in goed, ouderwets Duits diarree
betekende, dat was toch bepaald geen naam op trots op te zijn en ze zou het bij
gelegenheid toch eens onder haar tuit wrijven. Maar die gelegenheid bleef uit.
Helga had alleen toen Renate op zekere ochtend voor de zoveelste keer
geprobeerd had een gesprek te beginnen haar toegesnauwd dat ze niet met haar in
gesprek wenste te gaan en het al erg genoeg was naast haar een plaats op de
keukenplank te hebben: “Luister eens goed Oostduitse theepot, zonder heet water
dat in mij wordt klaargemaakt, ben
je nergens. Maar dan ook helemaal nergens, dankzij mij besta je, zonder mij
valt er in jou geen thee te trekken, stomme trut! Ga terug waar je vandaan
komt, naar die scheit-D.D.R. van je. Abhauen, bitte schön.”
Renate vond de toevoeging ‘bitte schön”
belachelijk, het was alsof je getrapt werd en daarna geaaid, daar hield ze
helemaal niet van. Ze had trouwens
gemerkt dat haar gebruikers ook erg aan de Westduitse gewoonten moesten wennen.
Nee, de hereniging ging niet van een leien dakje. Soms had Renate ondanks de
afschuwelijke “Brause mit Fruchtgeschmack” heimwee naar de D.D.R., daar had ze
altijd goed kunnen opschieten met de waterketel uit het Volkseigener Betrieb B.E. Heimmerfeld,
Görlitz. Ze waren echt Volksgenosinnen geweest en hadden de aan hun opgedragen
arbeid verricht: in de één werd het water gekookt , in de ander thee gezet.
Beide tot voldoening van hun gebruikers.