Eerder op dit blog over Ronald Plasterk:
Ik kan me de zeer vochtige dromen van Ronald
Plasterk wel voorstellen, ik meen zelfs 's nachts zijn opgewonden gilletjes te
horen - per slot van rekening woont hij op loopsafstand van mijn woonte -
wanneer hij klaarkomt bij het idee ons land in vijf stukken te hakken, zo langs
de lijnen: Friesland/Gronigen/Drente, Overijssel/Gelderland,
Noord-Holland/Utrecht/Flevoland, Zuid-Holland/Zeeland en Brabant/Limburg. Er
maakt zich een grote onpasselijkheid van me meester als ik aan zo'n volslagen
onhistorische verdeling denk. Maar vaderlandse politici hebben zelden een
geschiedenisboek opengeslagen, laat staan gelezen. De Verenigde Staten zijn
gemodelleerd naar onze Zeven Verenigde Provinciën, zelfs hun quarter komt van
ons kwartje - dat ik trouwens nog elke dag mis - waar Plasterk vijf stukken
vandaan haalt is mij een raadsel.
De
befaamde musicoloog Ronald Plasterk deze week in "De Groene
Amsterdammer":
"De popmuziek is begonnen
als protestmuziek, op boereninstrumenten als een gitaar, tegen de gevestigde
orde. Bekijk op YouTube Woody Guthrie, met This Land is Your Land. De
eerste demonstratie waaraan ik meedeed was voor het behoud van piratenzender
Veronica. Het regende licht en op het Malieveld traden Mariska Veres en de
Dizzy man's band op. Veronica, er is niks links meer aan. De popmuziek is een
hypercommerciële toestand geworden. De markt is slim als zij winst ruikt,dus
het bedrijfsleven heeft al spoedig de jeugdcultuur naar zich toegetrokken."
De
befaamde historicus Ronald Plasterk deze week in "De Groene
Amsterdammer":
"Het woord 'volk'. Dat is
een besmet woord, er hangt iets onplezierigs omheen. Das Volk. Dat is
weer zo'n trauma van de oorlog. Volk en Vaderland was de NSB-krant, de
Duitsers lag het woord in de mond bestorven. terwijl het Angelsaksische woord
people totaal geaccepteerd is." Weet Plasterk veel? Nee, hij weet (alweer) niet veel: want het vooroorlogse dagblad van de SDAP heette "Het Volk" en na de oorlog heette de sociaal-democratische krant "Het Vrije Volk".
Goed, ik ga woensdag stemmen. PvdA. Niet omdat ik Job Cohen
zo'n uitstekend debater vind, maar het interesseert me dan ook geen moer of
iemand in de mondelinge krijgvoering goed van de tongriem gesneden is. Sterker
nog: Mozes, Demosthenes en Churchill, om maar eens drie gedreven, geheel
verschillende figuren, die toch een volk wisten te leiden, hadden erger
spraakproblemen dan Cohen. Ik heb vertrouwen in Job Cohen. Alleen is het
verdomd vervelend dat hij in zijn kielzog (Dieder)Ikje Samsom meesleept, een
man, die internetten in een trein belangrijker vindt dan de installatie van
behoorlijke toiletten en daarmee dus twitteren boven constipatie plaatst. Deze
hard-op-de-keutelaar beantwoordt bovendien mijn email over blinden in het
openbaar vervoer niet. Ook op ijdele tuit Ronald Plasterk heb ik het niet
begrepen, een kulturele jan-yn-'t-himd, die het Fries ooit omschreef als een
grappig dialect dat fonetisch geschreven wordt, zodat vijftigers met een
ringbaardje er subsidie voor kunnen aanvragen. Let wel dit is het oordeel van
een minister die cultuur en dus ook de tweede landstaal in zijn portefeuille
had. De meer dan waarschijnlijke oorzaak van dit bekrompen denken is het feit
dat vrouw Els Plasterk, Ronalds hoed jaren geleden op 90 graden in de Indesit
is gaan wassen. Wanneer ik ook nog denk aan de schandalige behandeling die
Jeroen Brouwers, laureaat voor de Prijs der Nederlandse Letteren 2007,
zich van Ronald Krimphoed moest laten welgevallen, zodat Brouwers uiteindelijk
de onderscheiding voor zijn oeuvre wel moest weigeren, dan denk ik: ferlos ús
fan sokke meiriders.
Journalist Aart Brouwer schreef onderstaande regels in het
jongste nummer van De Groene Amsterdammer:
"Vandaag is de rol van wereldwijde voertaal
voorbehouden aan het Engels en morgen wellicht aan het Chinees. Het Nederlands
komt er hoe dan ook niet aan te pas. Dat geldt ook voor onze minderheidstalen
zoals Tamazight, Maleisisch en Turks die in het buitenland veel meer worden gesproken
dan hier. Het Fries hoort daar niet bij, zoals Ronald Plasterk ooit in een
tv-column constateerde: het is geen taal maar een grappig dialect dat fonetisch
wordt geschreven zodat vijftigers met een ringbaardje er subsidie voor kunnen
aanvragen."
Nu ga ik niet in op een germanisme als
"Maleisisch", waar ik wel over struikel is het feit, dat zowel
Brouwer als Plasterk Fries neerzetten "als een grappig dialect dat
fonetisch wordt geschreven", wie ooit de moeite heeft gedaan Fries niet
alleen te leren spreken, maar ook te schrijven, weet dat het verre van
fonetisch wordt genoteerd. Wat me echter het meest dwars zit, is het woord
"ringbaardje", wat hebben uiterlijke kwalificaties met het Fries van
doen, als ik Brouwer en Plasterk neerzet als Hollanders met aambeien,
verheldert dat de discussie?