11.9.09

Ode

Omdat ik wel eens wilde weten wat een brugwachter deed, wanneer hij de brug niet bediende en wachtte op het volgende schip, interviewde ik ooit een brugwachter. In dezelfde reeks ondervroeg ik een schilderijenrestaurateur - ontbrak het hem aan eigen creativiteit en herstelde hij daarom andermans werk - een koffiemelangeur, zodat ik nog altijd weet, dat de kwalitatief beste koffie in Finland wordt geschonken en een Amsterdamse hotelier, die omdat zijn vrouw graag een hotel bestierde, zich beklaagde over het feit, dat er altijd vreemden over de vloer waren. Maar er waren heel veel anderen met wie ik vraaggesprekken had: van Dolly Parton tot Jacques Presser, van Joop den Uyl tot Dennis Weaver (McCloud) en van Erik Ode (Der Kommissar) tot Günter Grass. Sommige, in druk verschenen vraaggesprekken, heb ik nog ergens in een map andere, voor radio-uitzending opgenomen, interviews zijn al lang verdwenen. Van een aantal herinner ik me de lokatie en ook het verloop, de werkelijke inhoud is te vaag geworden om hier nog te citeren. Aan Weaver, die ik een aantal keren sprak, bewaar ik plezierige herinneringen, Ode bleek een nare man, die toen ik hem samen met een fotograaf in de buurt van München, waar hij een dorpje opnamen maakte, opzocht, bijna bij ieder vraag informeerde; “Warum haben Sie mein Buch nicht gelesen?” Als Nederlandse journalist wist ik van geen boek en zei dat ook. Desalniettemin bleef hij me het hoogst kwalijk nemen, dat ik niet op de hoogte was van zijn autobiografie, die naar zijn zeggen in iedere “Münchener Buchhandlung” voorradig was. Na afloop van het stroef verlopen interview en teruggekeerd in München ben ik zeker in twaalf boekwinkels binnengelopen om naar het boek te informeren. Geen enkele, maar dan ook echt geen enkele, had het boek op de plank. Mijn wraak was zoet want het afgedrukte interview begon met een verslag van mijn moeizame speurtocht naar Odes boek.