26.11.10

1917

De negentiende eeuw is wat uitvindingen betreft een buitengewoon vruchtbare eeuw geweest, ook op muziekinstrumentengebied. Veel van de destijds uitgevonden instrumenten zijn inmiddels al weer verdwenen, maar de saxofoon - genoemd naar zijn uitvinder Adolphe Sax - heeft het, ook omdat er ogenblikkelijk voor "het instrument met de menselijke stem" werd gecomponeerd, gehaald. Er is een hele familie van sopranino- tot bassax, maar zelfs bij de saxofoons zijn instrumenten in onbruik geraakt , zoals de C-melodysax, een instrument, tussen de alt- en de tenorsax, dat o.a. bekendheid kreeg door Frankie Trumbauer. Een andere C-melodysaxofonist was Rudy Wiedoeft (foto), een uit Duitse immigranten in Detroit geboren klarinettist, begonnen in een familieorkest, maar die honderd jaar jaar geleden bekend werd als saxofoonvirtuoos. Eerst in de Frisco 'Jass' Band, waarvan de naam ten onrechte suggereerde dat het orkest uit San Francisco kwam. Van het orkest twee nummers, de "Johnson 'Jass' Blues" en "Night Time in Little Italy" (waarin o.a "O Sole Mio" voorbijkomt") beide opgenomen in 1917. In de jaren twintig ging Wiedoeft solo, vaak begeleid door een pianist, waarin hij alle trucs uit de kast haalde en de saxofoon liet lachen en huilen. Ook de titels verwijzen naar de grappen en grollen, die Wiedoeft zich veroorloofde: "Saxarella", "Sax-o-Phun" en "Saxophobia".