16.3.08

Styrofoma

Vraag me: wie Styrofoma van Brockhorst is. Haar vader Protestanthius van Brockhorst was destijds de ambassadeur van Naaldwijk in Den Haag en Styrofoma zat bij mij in de derde klas van de kweekschool aan de Koningin Emmakade. Ik kan me, ahoewel ik regelmatig de statige woning van de Van Brockhorsts in de Indische buurt bezocht, geen moeder herinneren, volgens mij was die er niet en dat zou meteen kunnen verklaren waarom Styrofoma tien jaar eerder in de gekleurde lappen liep, die in de late jaren zestig het straatbeeld zouden bepalen. Ze reed op een eigen merk bromfiets. Een bromfiets, die in de verte wel iets leek op een NSU “Quickly”, alleen stond er in zwierig schrift “Styra” op de tank, dat was ook haar roepnaam. Ik werd per abuis haar vriendje tijdens de jaarlijkse schoolavond: ik had mijn zinnen gezet op een dansje met Bima Futs, maar toen ik eindelijk de moed verzameld had om haar te vragen, bleek zij reeds naar huis en om niet geheel de goedmoedige sukkel te zijn, waar velen mij op school voor hielden, vroeg ik Styrofoma ten dans. Onhandig, als ik was, kon ik me niet aan haar greep ontworstelen en moest haar uiteindelijk naar huis begeleiden. Zij woonde in geheel verkeerde richting. In feite tegenovergesteld aan de mijne, want ik woonde achter het Zuiderpark. Eenmaal buiten liet ze zich weinig gelegen liggen aan mijn snelheid. Ze weigerde mij voort te trekken, omdat haar vader haar verteld had, dat het motortje van de “Styra” daar niet opgebouwd was. Ze reed telkens een stukje voor me uit en wachtte dan, omkijkend, op een hoek op mij. Ik vond de situatie vernederend, maar besloot vol te houden. Na een marteling van iets meer dan een kwartier stonden we voor haar huis, waar ze mij, met een nog lopend motortje, ogenblikkelijk om de hals viel. Ze droeg een onplezierig parfum en bleek in het korte gesprek dat we hadden, van de verkeerde muziek te houden.