15.10.15

Mama's & Papa's 4

De Afroamerikaanse jugbandjes - eind jaren twintig, begin jaren dertig - telden zelden meer dan vijf leden, de Even Dozen Jug band telde in 1964 liefst dertien leden: Stefan Grossman, Pete Jacobson, Pete Siegel, Frank Goodkin, David Grisman, Fred Weiss, Steve Katz, Joshua Rifkin, John Benson (John Sebastian), Danny Lauffer, Peggy Haine, Maria D'Amato en Bob Gurland. Het gezelschap viel na één elpee uit elkaar, nadat D'Amato de groep had verlaten om zich bij een "concurrerende`' jugband te voegen,  die van Jim Kweskin. De andere leden gingen vervolgens ook hun eigen weg, oprichter van Even Dozen Jug Band, Stefan Grossman begon een solocarriere als ragtimegitarist. We horen hem in "Dallas Rag". Pete Siegel ging ook solo, hier met een liedje op de melodie van "Happy days are here again". David Grisman (foto) ontwikkelde zich tot een fenomenaal mandolinst, die niet alleen met Jerry Garcia bluegrass speelde en met Stéphane Grappelli jazz, maar ook klezmer niet links liet liggen. Van Grisman eerst een opname uit Austin City Limits met  "Dawgs Rag", gevolgd door "Shalom Aleichem" (samen met Andy Statman). Fred Katz voegde zich bij Blood, Sweat and Tears. Joshua Rifkin dook in  het repertoire van Scott Joplin, hier met diens wals "Bethena". John Sebastian startte met Zal Yanovsky The Lovin' Spoonful.  Maria D'Amato ging, zoals gezegd, naar de Jim Kweskin Jug  Band, waar ze haar latere echtgenoot Geoff Muldaur ontmoette,  om daarna solo te gaan en een  wereldhit met "Midnight on the Oasis" te scoren. Bob Gurland, die op bewonderingswaardige wijze een trompet met zijn mond imiteerde in de "Original Colossal Drag Rag" (gister op dit blog) toetert nog steeds zonder blaasinstrument.