U hebt zich wellicht eens afgevraagd hoe het komt dat uit Nederland meer Joden zijn gedeporteerd en vermoord dan uit andere westeuropese landen. Het antwoord ligt voor de hand en was vandaag weer duidelijk zichtbaar. Nederlanders mochten voor de oorlog graag schamperen over voddenjood. En het kwam inderdaad wel voor dat sommige, dus niet alle, Joden werkzaam waren in de handel in lompen en metalen. Kortom handel waarin de rest van de Nederlandse bevolking geen brood zag. De handel daarvan is inmiddels overgegaan op Koningsdag in nazaten van Nederlanders, die het af lieten weten tussen 1940 en 1945. Ik zag dat vandaag weer in mijn dorp. Maar ik repte, zover men van reppen kan spreken bij het gebruik van een rollator, me vervolgens huiswaarts omdat ik gaarne de capriolen van Koning Max, waarachter, naar ik meen Jan Slachthuis o.i.d. zich bevindt. Hij had zijn tent letterlijk en figuurlijk opgeslagen voor de voormalige woonte van de voorvorige majesteit en had zich dagenlang voorbereid op een gedegen vraaggesprek en daartoe vele kladblaadjes volgeschreven en meegenomen, zodat van elke spontaniteit geen sprake kon zijn. Hij praatte met een autoriteit op het gebied van het koonlijk huis, die zich de vorige avond beklaagd had over het handgebruik van de majesteit. Het blonde, en nu had ik bijna dus geschreven, maar dat mag niet meer, het hoort vandaag de dag en te zijn, domme wezen nam tal van Oranjes door, terwijl haar door mijn vader steevast pleetrekkers geheten oorversierselen vrolijk rinkelden. Daarna was de beurt aan Karin Bloemen, die eerst zeer gedegen aan de tand werd gevoeld over haar toilet door Slachthuis o.i.d. en daarna vanaf het balkon iets in het Frans mocht galmen. Toen heb ik mijn televisie ter bescherming van de uiterst gevoelige oren van mijn kat maar uitgezet.