10.7.18

In mijn jeugd 19

"We doen de nutsbedrijven in de uitverkoop", kraaide het gouvernement, "want dan onstaat er concurrentie en dan wordt het voor de klant goedkoper". "We  schaffen tegelijkertijd ook het luister- en kijkgeld maar af, dat scheelt ook weer in uw portemonnaie."  Om met dat laatste te beginnen: sindsdien worden we stelselmatig geconfronteerd met ziekmakende programma's waarin we de gelegenheid krijgen aan iets afschuwelijks lijdende patienten  tot op hun sterfbed te volgen. Radio en  televisie zijn, anders dan bijvoorbeeld in het Verenigd Koninkrijk en Duitsland, gratis. Zoiets is ongehoord,  een product wordt om niet aangeleverd. Over de verkoop van de nustbedrijven, of het nu om het thans bedreigde gas gaat, om electriciteit, of om post- en pakketbezorging of om telefonie, wat in ons land is klaargestoomd kent zijn gelijke niet: een tiental energiebedrijven, die slag leveren om de klant, die minimaal doctorandus economie moet zijn om uit  te vogelen, wie echt de goedkoopste leverancier is, ingehuurde post- en pakketbestellers, verdwenen postkantoren, nee, in mijn jeugd was dat totaal anders. Ter meerdere vervuiling is het vervoer van post per trein gestaakt en  worden vrachtwagens ingezet, de postbesteller ontvangt zijn te bezorgen brieven ergens in een achterafgelegen garageboxencomplex, terwijl pakketjes niet meer door één bedrijf worden bezorgd, maar door een aantal, die mensen, regelmatig in tweedehands dieselbusjes, op pad stuurt en per afgeleverde colli betaalt.
Alina Plunkenborgh-Smallenborst, Deventer.