5.9.13

Honden

Gister met de bus heen en terug naar Weesp, de rit duurde aanzienlijk langer dan per spoor, in plaats van zeven, veertig minuten, maar het was de moeite waard. Natuurlijk in Weesp even langs "Lectori Salutem", het antiquariaat in de Slijkstraat en voor de kapitale soms van zeven euro vier boeken aangeschaft, waaronder "Metgezellen" van A.M. de Jong, de schrijver van "Merijntje Gijzen", "Bulletje en Boonestaak" en nog veel meer. Wat ik niet wist dat van hem een boek over honden verschenen is in de reeks "De Papieren Kennels".  Het verscheen pas in 1949, De Jong was toen al zes jaar dood, lafhartig vermoord op 18 october 1943 tijdens een Silbertanne-actie. Hij was destijds bezig met het schrijven van een reeks hondenportretten, vandaar dat sommige verhalen in "Metgezellen" niet voltooid zijn. De Jong beschrijft de honden die hij gehad heeft en doet op een prachtige manier, zo vertelt hij over zijn Mechelse herder: "Hij was fijngebouwd, met slanke poten en een smalle rug, maar in dit sierlijke, soepele lichaam woonde een ongelofelijke kracht: onder de dunne huid voelden de spieren hard als ijzer aan. En nooit heb ik zo'n expressief hondengezicht gezien. Alles in dat gezicht leefde, fel een driftig, snel en eerlijk. Een spitse snuit, die stomper leek door een grappig baardje aan de onderlip, rechtopstaande, aandachtige oren, een paar geestige, opmerkzame ogen, diep bruin, tintelend van vrolijkheid, onverwacht verduisterend tot een sombere gloed als hem iets onbetrouwbaar voorkwam of opvlammend in het vuur als iets zijn driftige toorn wekte."