Mijn vader werd kort na de oorlog in 1945 administrateur bij de P.O.D. (Politieke Opsporingsdienst), voor mij ligt op dit moment zijn lidmaatschapsbewijs van de Vereniging Friesland '40-'45. waarop die functie vermeld staat. Hij werkte ergens rechts halverwege de Stationsweg in een groot gebouw, wat hij er deed was mij destijds volslagen onduidelijk. Achteraf vind ik het wel grappig, mijn vader als een soort politieagent, iets dat totaal niet bij hem paste. Lang is hij het trouwens niet gebleven, want in december 1945 verhuisden we naar Leeuwarden en werd hij rayondirecteur van een krant. Nog in de administrateurtijd confiskeerde hij een boek: "Mijn Kamp", een Nederlandse vertaling van Hitlers "Mein Kampf", ooit eigendom van een mevrouw Duursma, NSB-ster te Drachten, als ik me goed herinner, woonachtig aan de Zuidkade. In het boek vond ik een papiersnipper met de tekst "Yn it spier foar Greate* Pier, Hannes H." en die papiersnipper zette mij aan het werk, vooral toen ik ontdekte dat de voomalige S.A.-Rottenführer Hannes Hanpelmann tijdens de oorlog in ieder geval gedurende een paar maanden in Smallingerland - hoofdplaats Drachten - als Gefreiter bij de Wehrmacht dienst gedaan had. Of mevrouw Duursma Hanpelmann gecontact heeft of Hanpelmann mevrouw Duursma, in ieder geval moet Hanpelmann haar over zijn verre voorvader Ruprecht de Rampzalige, die ver voor Grutte Pier 's mensens afkomst onderzocht door ze een zin na te laten zeggen, verteld hebben om het vervolgens mij mogelijk te maken de afgelopen dagen de zaak verder uit te zoeken.
*Greate: oudere spelling van Grutte.