1.4.15

Polka 9

Voordat ik de reeks polka's afsluit, moet ik toch, omdat het nauwelijks aan de orde is geweest, behalve dat ik Dvorak heb genoemd, naar de polka in de concertzaal en natuurlijk heeft die andere befaamde Tsjechische componist Bedrich Smetana ook volksmuziektempi gebruikt, zo eindigt zijn opera "De verkochte bruid" uit 1866 met een polka. Het geeft me ook de gelegenheid om een anekdote te noteren. Ik  was in 1991 in Praag en zag in een supermarkt op de zuivelafdeling kleine plastic containers met het opschrift Smetana. Ik dacht: hoe aardig een volk dat zijn yoghurt bedenkt met de naam van een componist, in het gehuurde appartement gekomen bleek de inhoud echter room te zijn, smetana is het Tsjechische woord voor room. De Weense heren Strauss lusten trouwens ook wel pap van polka's, dit is van Johann junior "Donner und Blitz". Wanneer je even nadenkt over wie er in de negentiende eeuw meer zich aan het componeren van polka's gewaagd heeft dan komt ogenblikkelijk de Franse componist en cellist Jacques Offenbach (foto), zoon van een Duitse chazan, te voorschijn, hier een polka uit "La Gaité Parisienne", een ballet met Offenbachs muziek, georkestreerd door Manuel Rosenthal en in 1938 voor de eerste keer uitgevoerd door het Ballet Russe de Monte Carlo. In ieder geval heeft een tweetal Russen  polka's geschreven: Michail Glinka en Alexander Borodin.