Driemaal Ford met bedrijfswagens, al vraag ik me af of die term toen deze drie op zeer verschillende tijdstippen geïntroduceerd werden, gebruikt werd. De eerste is een begrafenisauto, een TT-Ford, een verlengde T-Ford, van vlak voor de Eerste Wereldoorlog.
Nummer twee is een AA-Ford uit de jaren dertig, een verlengd type A met de beproefde viercylindermotor.
De brandweerauto heeft een achtcylinderzijklepper, die net als de motoren van de T en de A, lang in productie bleef. In Frankrijk, waar de brandweerwagen dienst deed, was de V8 leverbaar met een inhoud van 2,2 liter en met een inhoud van 3,6 liter.