Had-ie zich net de zachte g eigen gemaakt, moest-ie gloeiende godverdomme een heel nieuwe taal leren nu ze in - hoe zeiden ze het hier ook alweer - Jobbegea Tredde Slûs - waren gaan wonen. Moeder Uilkje had met het Fries weinig problemen, het was haar moedertaal, ze was in Minnertsga geboren als Uilkje Hommelstra en ook vader Gerben had een Friezin in de familie, zijn moeders moeder heette Alida Slappeterp en kwam oorspronkelijk uit Lekkum. Met twee tot drie doden in Jubbega Derde Sluis per jaar leek grafdelven voor Gerben geen vetpot, maar gelukkig kon hij in de wijde omgeving terecht en had hij zijn schop al verschillende keren in de grond kunnen zetten in Drachten en was hij zelfs al een keer op de fiets met de schop aan de bovenste buis naar Drogeham geweest. Nee, Gerben had geen klagen. Iedere zaterdag ging het drietal naar Drachten, dat was elke keer weer een feest.