16.1.17

Toen

In 1941 moeten we in Drachten zijn gaan wonen. In een huis aan het Moleneind dat voor een deel in gebruik was als kantoor van een verder aan het Moleneind gelegen fabriek. De directeur van de fabriek woonde in  Apeldoorn maar verscheen op ongergelde tijden en sliep dan ergens in wat ik als ons huis beschouwde, na de oorlog deed hij mijn ouders een proces aan omdat de verwarming, die nota bene de hele oorlog niet gebrand had, was stukgevroren. Toen mijn vader in Leeuwarden terecht stond kreeg hij van de rechter de vraag voorgelegd  of hij bij het afleggen  van de eed geen keppeltje op moest zetten. Ik herinner me geen klasgenoten, behalve Frekie Vos. Frekie woonde in een huis van de woningbouwvereniging Beter Wonen, zijn vader was na de oorlog communist. Ik zat toen inmiddels in  de vierde klas van een school aan de Drachtstercompagnonsvaart. Daarvoor zat ik in de klas bij Juf Schippers, bijgenaamd Sikje,  een buitengewoon onaangenaam wezen, dat alles wat eventueel plezierig aan naar schoolgaan  kon zijn, hardgrondig verpestte, vervolgens belandde ik bij meester Huizing en dat bleek een aanzienlijke verbetering, niet dat  ik  gelukkig was, verre van dat. In de vierde klas zat ik, voordat we naar  Leeuwarden verhuisden opnieuw bij een grote kindertreiteraar in de klas, van wie ik na 71 jaar nog altijd het idee heb dat hij het op  Frekie Vos en mij gemunt had vanwege de politieke voorkeur van onze vaders. Nee, ik herinner me geen klasgenoten, maar wonderlijk genoeg wel de namen van de kennissen van mijn ouders: de  paters in bruine pijen Bruna en Staverman, de families Tjitze Hoekstra en Sietze Douma. De vader van Hoekstra was dorpsomroeper. De loodgieter Jager, met zoon Jolle als ik het wel heb, en de heer  en mevrouw Geert en Yfke van der Werf, zij hadden een kledingzaak in de Noorderbuurt. Er was een melkboer Ulzen,  er was iets met één van zijn oren, maar ik weet niet meer wat, er was een boekhandelaar Brouwer in wiens winkel mijn drie jaar jonger zusje eens op een Duitse soldaat afstapte met de vraag: "Jij bent een rotmof, hè?"