30.5.19

Pierre c.s.

We blijven bij de regionale muziek in Frankrijk en gaan naar het diepe zuiden: naar de Pyreneeën, waar we het uit negen man bestaande koor Balaguèra ontmoeten: twee hoge stemmen (hautas) onder wie Pierre de Lasala, vijf middenstemmen (normalas) en twee basstemmen (baisbas). De taal waarin de heren zingen lijkt een mengeling van Frans en Spaans. Gelukkig zit er een voortreffelijk drietalig  boekje bij de  destijds in Paris aangeschafte CD, zodat ik toch kan achterhalen waarover het tradionele "Quan jo n'éri amaoroseta" gaat. De eerste regels luiden "Toen ik verliefd was op die dappere, was ik zo fris als een roos van de wite rozenstruik, nu ben ik vermoeid, ik begrijp niet waarom de dappere, die zo van mij hield niet langer met me spreekt."