Ik moet het toch even hebben over Selçuk Kuzu en Tunahan Öztürk maar het kan ook Tunahan Kuzu en Selcük Öztürk zijn, ik ben namelijk slecht in namen met umlauten, met Hermann Göring had ik destijds ook problemen en het is nadien nooit meer goed gekomen, Kuzu en Öztürk gaan ideeën verzamelen, een ander zoekt paddestoelen, deze heren van Turkse komaf zoeken ideeën om daarna een frisse wind door de Tweede Kamer te laten waaien of in gewoon Nederlands: de rest van het parlement een poepie (of is het pöpie?) te laten ruiken, een frisse wind en poepie lijken op de eerste geur (wind en en winden zie je immers niet, dus op het eerste gezicht is hier daarom niet van toepassing) met elkaar in tegenspraak, maar omdat de heren tot een minderheid behoren zij het hun vergeven, zoals we minderheden veel vergeven, wat we Kuzu en Öztürk echter niet vergeven en waardoor hun frisse wind en hun poepie in een merkwaardig daglicht komen te staan is het feit dat ze hun zetels aanhouden, want dat is een goed Nederlands gebruik, als ze echt een frisse wind hadden willen laten waaien hadden ze die opgegeven, nu ruikt hun wind verdacht veel naar vaderlandse varkensstront.
drs. Barend-Otto ter Vloot, Steenwijkerwold.