Een X-3700 uit een in 1949-'50 gebouwde serie van twintig exemplaren voor de "Est", qua uiterlijk week de serie weinig af van het prototype uit 1933.
Helemaal onterecht waren de bezwaren tegen de dreigende samenwerking van Lorraine met gigant Renault natuurlijk niet, want het ging met De Dietrich, van oudsher een fabriek van spoorwegmaterieel, begin jaren dertig niet goed. Er werden weliswaar tussen april 1930 en maart 1931 2125 personen- en goederenwagons afgeleverd, maar de orderportefeuille voor de komende jaren was allebehalve goed gevuld, dat kwam voornamelijk omdat de spoorwegmaatschappij "Alsace-Lorraine", de voornaamste afnemer van De Dietrich, orders schrapte. In 1931 werden bij De Dietrich 372 wernemers ontslagen en in 1932 liep het aantal arbeiders van1381 tot 1021 terug. In 1933 moesten om de fabriek draaiende te houden kortingen worden gegeven, soms liepen die op tot 20%. Maar in october 1933 veranderde de zaak ten goede, de eerste De Dietrich automotrice werd gelanceerd en met succes. Het model werd - uiteraard met de nodige wijzigingen - tot 1950 geproduceerd en de in 1934, als vervolg op het prototype gebouwde XD-1002 tot 1010, reden in 1958 nog altijd voor de "Est" met als thuisstations Châlons, Mohon en Vesoul.