Gisterochtend dronk ik zo als gewoonlijk mijn kopje koffie op het terras van wat tot 1 februari jongstleden "Uitspanning van oudsher De Kooperen Ketel" heette, maar sinds het is overgenomen door twee randstedelijke kaalschedeligen en na een grondige verbouwing "Ye Olde Prick and Dick". Een gewoon kopje koffie staat ook niet meer op de kaart, ik drink nu latte machiato. Ik was vergezeld van Célestine, mijn gouden retriever waarvoor tot 1 februari altijd gratis een kommetje water werd neergezet, nu moet ik daar om vragen en wordt vijfentwintig eurocent extra in rekening gebracht. Gelukkig had ik een aardig gesprek met Alfons Harkema, die zich hier net als ik na zijn pensionering heeft gevestigd. Hij bezit de zus van Célestine Émeraude en zoiets schept een band. We kregen het over honden en met name over mopshonden, u weet wel die miniboxertjes. Alfons vroeg zich af hoe het kan dat, terwijl couperen in ons land verboden is, er zich toch minimaal twee van deze gecoupeerde hondjes in ons dorp ophouden, een in het bezit van de eigenares van Kapsalon Kapsones, de ander eigendom van Mireille van Streutelen, die ooit een bijrolletje had in een overigens mislukte Drentse televisieserie. Ik had over dat afsnijden van staart en oren een kort antwoord, maar ik begon met een paar wedervragen: "Wie moet daar toezicht op houden Alfons? De politie. En wanneer heb jij de laatste keer een agent gezien? Een maand geleden, twee maanden geleden? En dan altijd in een auto, nooit te voet, nooit op een fiets en geef toe in een auto zie je zo'n gecoupeerde mopshond niet, net zo min als je fietsers op het trottoir ziet. Het onbreken van gezag draagt bij aan de verloedering van de maatschappij en sinds men bovendien agenten in ons land in dat meer dan lachwekkende costuum gestoken heeft is van enig gezag helemaal geen sprake meer." Alfons knikte. "En dan nog wat", zei ik. "Heb jij enig idee waarom de mensen en masse op zo'n vrouw als Marine Le Pen of op zo'n man als Geert Wilders stemmen?" "Geen idee". zei Alfons, "domheid?" "Nee, ze willen terug naar vroeger, toen ze niet bang waren voor moslims, maar voor meneer pastoor of de dominee dat was een bekende angst. Pastoor en dominee hadden gezag. De mensen waren bang voor hel en verdoemenis, dat was eigenlijk wel een plezierig soort angst, nu worden ze gekweld door een onbekende angst of beter een angst voor het onbekende: de moslim. Zal ik dit keer betalen?" Ik rekende af. Zes euro voor de lattes en vijfentwintig cent voor Célestines en Émeraudes water want de zusters drinken uit één bakje. Ik gaf een kwartje fooi.
Drs. Barend-Otto ter Vloot, Steenwijkerwold.