De Lockheedproducten leken op elkaar, maar dat was ook geen wonder, want de "Lodestar" - in het Nationaal Militair Museum - werd ontwikkeld uit de "Super Electra" omdat laatstgenoemd toestel de concurrentie met de Douglas DC 3 niet aankon. De "Lodestar" is trouwens de Engelse benaming voor een serie vliegtuigen die, alhoewel oosrpronkeliijk gebouwd voor de burgerluchtvaart met een bemanning van drie en veertien passagiers, bij de U.S. Airforce dienden onder de letters C-50, C-57, C-58, C-60 en C-66. Uit de "Lodestar" werd de "Ventura" (alweer een Britse benaming) ontwikkeld, die op zijn beurt weer aanleiding gaf om de "Harpoon" te bouwen. Bovendien is er nog de "Hudson", die op speciaal verzoek van de Britse regring werd geconstrueerd. Alle genoemde toestellen waren tweemotorig en hadden een dubbel staartvlak.