In juni 1902 vertrok Bugatti naar Niederbronn in de Elzas om de afdeling automobielbouw van De Dietrich op zich te nemen. Bugatti's vader Carlo had het contract ondertekend, omdat zijn zoon nog minderjarig was. De eerste constructie was een racewagen van 16 PK, maar ook een 24 en een 50PK komen in het programma. De chauffeur en bijrijder zitten laag achter de bagage en dat wordt niet geaccepteerd voor de race Parijs-Madrid in 1903 omdat de organisatie vindt dat de chauffeur gehinderd wordt in het zicht op de weg De foto's tonen de 16PK en de 50PK, de laatste bedoeld voor de Parijs-Madridrace.