Achteraf
gezien was het natuurlijk niet zo verstandig van Eric Lobhan Cord om in
December 1928 een extreem dure auto in de markt te zetten, de
Duesenberg J. Duesenberg een merk, dat hij in 1926 verworven had en
geleid werd door de broers Frederick Samuel en August Duesenberg. Cord
vond dat het tijd werd dat de Verenigde Staten een automobiel kreeg van
de status van een Rolls-Royce, een Hispano-Suiza, een Minerva of een
Isotta-Fraschini. Topsnelheid van de J in tweede versnelling was 143
km/u en in de hoogste, de derde, versnelling 186 km/u. Niemand kon bij
de introductie van de J vermoeden, dat de wereld voor een dergelijke
auto er een jaar later aanzienlijk minder rooskleurig uit zou zien. Toch
is de J een aantal jaren in productie gebleven, vanaf 1932 aangevuld
met de SJ, voorzien van een supercharger. Duesenberg ging samen met Cord
en Auburn onder in 1937. Hoeveel J's en SJ's gebouwd zijn is niet
helemaal zeker, maar meer dan vijfhonderd zijn het niet geweest.