De negentiende eeuw
kende een scala van nieuwe instrumenten, die voor de serieuze beoefenaar
bedoeld waren. Niet dat al die instrumenten vandaag de dag nog veelvuldig
bespeeld worden, denk maar aan de ophicleide, maar saxofoon en tuba
hebben het wel degelijk gehaald. Soms zijn het groteske instrumenten,
zoals de rond 1850 door Jean Baptiste Vuillaume ontwikkelde octobas, een
monster van een driesnarige contrabas: 3 meter 50 hoog. Er zijn er drie
bewaard gebleven, waarvan een (foto) in een museum in Phoenix, Arizona. Hoe het instrument in een heuse compositie, samen met een viool klinkt, hoort u hier.