Toen
ik "trallalero" voor de allereerste keer hoorde, kon ik er niet genoeg
van krijgen. Volksmuziek wordt vaak geassocieerd met het platteland,
maar dit was muziek uit de grote stad: zang van de havenarbeiders in
Genua. Ontstaan in de kroeg na het werk. De leidende rol komt van een
tenor en de "falsetto', bijgenaamd "la donna" (de vrouw), er zijn twee
baritonstemmen, van wie één "la chitarra" genoemd wordt, die een
snaarinstrument imiteert en dan zijn er de bassen. Hier
horen en zien we een vrij groot gezelschap (oorspronkelijk bestond zo'n
koortje uit zes man) en net als bij de zang uit Sardinië staan de
zangers in een cirkel.