Toen Keimpe het antwoord schuldig bleef, kreeg Klaas-Jan echt zin in een pesterijtje: "Enne hoe zit het met de mohammedaanse homomartelaren, die hebben toch niks met maagden of ze nu een boerka aanhebben of Afke heten." "Die komen in de hel", zei Keimpe. "In de hel? Maar het zijn martelaren, ze hebben in jullie ogen een goede daad verricht!" "Ze komen in de hel!" "Dus als homo kun je maar beter geen goede daad verrichten." Keimpe vond dat het gesprek nu lang genoeg geduurd had, wreef over zijn pas verworven kale schedel en startte zijn scootertje.