Stokslager repte zich nadat hij een aanplakbiljet had ontdekt waarop de gemeente een popconcert op 4 mei aankondigde naar het raadhuis, op de parkeerplaats daarvan arriveerde net de burgemeester die met een voormalige kübelwagen van de wehrmacht werd afgeleverd door de gemeentesecretaris terwijl ze - de burgemeester was een notoir antisemiet - tweestemmig "Auschewitze, Wauschewitze, Walla Kristalla" zongen. Nadat Stokslager bij de dames aan de balie had geïnformeerd, waar hij een klacht kon indienen werd hij naar het buro van ene Cacao, maar de man kan ook Taptemelk geheten hebben, gestuurd, die weliswaar in het raadhuis zijn bureel had, maar op eigen naam door de burgemeester in het jubileumcomité "152 jaar Zwakzinderen" was gezet. Stokslager zei meteen na binnenkomst dat het organiseren van een popconcert op 4 mei volslagen misplaatst was, waarop Cacao zei dat dat Stokslagers probleem was. Hij persoonlijk, noch het comité, noch de gemeente hadden iets met 4 mei van doen. "In die volgorde", vulde hij aan. "Goed zo", zei de burgervader, "geef hem van Jetje", toen hij zijn hoofd om de deur stak. Vele jaren later, de burgemeester was toen van politieke partij gewisseld en zat in het parlement voor "Kakelvers", een bejaardenpartij die als enige programmapunt elke dag twee eitjes van loslopende wyandottes voor iedereen boven de vijftig, had. Hij had zich oorspronkelijk verzet tegen dit Amerikaanse hoenderras en voor de Duitse Langshan gekozen, maar die strijd had hij helaas verloren en hij ondertekende iedere brief nu met "Laat je niet bedotten, sta op wyandotten!"