De New-Orleanstrompettisten vóór Louis Armstrong waren, snel opgenoemd: Buddy Bolden (1868-1931), Bunk Johnson (1879-1948) en King Oliver (1885-1938). Van Bolden, die in een psychiatrische inrichting eindigde, bestaan geen opnamen, van Bunk Johnson wel en die dateren pas uit de jaren veertig, toen hij na een speurtocht door New-Orleansjazzadepten werd herontdekt en met een nieuw gebit en een nieuwe trompet de studio in kon. Die opnamen met de Yerba Buena Jazz Band uit San Francisco staan op mijn mijn allereerste langspeelplaat en zetten mij op het spoor van die band, die gewoonlijk onder leiding stond van trompettist Lu Watters (1911-1989), maar bij de opnamen van Johnson niet meedeed. Epeetje W3 werd een plaatje, waarop banjo/gitaarspeler Clancy Hayes (1908-1972) zingt, o.a. het befaamde St. James Infirmary. Helaas heb ik mijn favoriete nummer van het epeetje "I wish I was In Peoria", dat ik zo'n vijfenvijftig jaar geleden feilloos mee kon zingen, op YouTube niet gevonden en moeten we het hier doen met een aanzienlijk oudere opname van het nummer door het orkest van Ben Selvin. Epeetje W4 is veel later in de doos met 45-toerenopnamen beland, het behoorde eerst tot een verzameling van een liefhebber in Hoogkerk, ik moet het op een platenbeurs aangeschaft hebben. Van dat plaatje "Doin' the Hambone". Wanneer u nu met de vraag achterblijft: wat is een hambone meer dan een varkenskluif, dan kijkt u voor de oplossingt hier.