18.6.18

In mijn jeugd 2

Ik herinner me de Amsterdamse hoofdcommissaris Hendrik Smeerkaas die het plan had opgevat hoogstpersoonlijk de grachten te dempen, hetgeen de huidige bewoners van de grachtenpanden  van een gezonde nachtrust zou hebben kunnen voorzien omdat veel touristen met hun vermaledijde rolkoffertjes naar Kopenhagen zouden zijn uitgeweken, dan is er Jan de Kwaaisteniet, over die achternaam valt het nodige af te dingen omdat hij behalve lid was van een triumviraat dat niet geheel onvriendelijk tegenover de Duitse bezetter  stond en zichzelf op zeker ogenblik zelfs fascist noemde, maar toch - zij het  enige tijd later - minister-president  mocht worden en dan was er Geil Beel, een disc-jockey, doch geen familie van een gelijknamige, andere minister-president, die in  samenhang met zijn voornaam wonderlijke dingen deed achter een microfoon van de publieke omroep, tenslotte  herinner ik me, hedenochtend op de valreep, ook mijn oudoom Jan Smallenborst, hij gooide altijd zijn sigaartjes weg opdat hij op de lege doosjes  zijn aantekeningen kon maken.
Adeline Plunkenborgh-Smallenborst, Deventer