20.6.18

In mijn jeugd 4

Vandaag neem ik u mee naar 1948, zeventig jaar geleden, het jaar waarin Eelco van der Flats, maar het kan ook Flatsman, Flatsenburg of iets dergelijks zijn, geboren werd en dankzij zijn echtgenote  geboren Janneke Zoutvaatje, die theekopjes en ander servies decoreerde, om over beddenspreien nog maar niet te spreken, kon opstoten in de vaart der christelijk-democratische volkeren als minister van cultuur en al wat dies meer zij, waarna  het met hem bergaf leek  te gaan omdat zijn grote voor- en roerganger - wiens naam mij is ontschoten - maar die ver voor "me-too" tot de orde werd geroepen, hem liet struikelen, alhoewel Van der Flats,  maar het kan ook Flatsman, Flatsenburg of iets dergelijks zijn, zoals in Nederland gebruikelijk naderhand toch een hoge functie bereikte, denkt u maar aan Maaike Wegwerker,  die naar haar falen in het verkeer, hoge ogen in Brussel gooide. Ook zeventig dit jaar wordt grapjas Japie Draadnagel, die carriere maakte bij de arbeiderradioamateurs, maar vervolgens voor meer geld koos, wat dat betreft kan hij een hand geven aan Telegraafcolumnist en professor Wilhelmus Adrianus Meent, van huis uit socialist,  alhoewel door velen - en niet ten onrechte - daaraan wordt getwijfeld.
Adeline Plunkenborgh-Smallenborst, Deventer.