29.4.20

Dansjes


Zo'n veertien jaar geleden reisde ik naar de Verenigde Staten voor een radioprogramma over de polka. Ik belandde in het polkamuseum in Euclid (Ohio) en op een zondagnamiddag temidden van een aantal nazaten van Slovenen, die met niet te onderschatten ernst het dansen van die oorspronkelijk Boheemse dans beoefenden. Want dat is het grappige: in Amerika worden zaken uit het lang verlaten vaderland, op het lachwekkende af, serieuzer genomen dan in Europa. Voor Nederlanders valt er op dit gebied veel te genieten in Holland (Michigan), waar mensen, waarvan hooguit de nagel van de linkerpink nog Nederlands is, in fantasieklederdracht een paar dagen per jaar door de straten trekken en quasi-vaderlandse dansjes uitvoeren, zoals hier een slap aftreksel van de Skotse Trije. Ook Duitse nazaten (foto), en dat zijn er vele, er zijn er per slot van rekening meer dan Ierse in de Verenigde Staten, mogen graag een kuitenflikkertje maken. Voller Ernst, selbstverständlich! O nee, daar bega ik een domme fout, de taal van het oude vaderland wordt zelden meer gesproken.