Gister naar Voorthuizen, waar vanaf drie uur het 19e festival plaatsvond met oudere auto's, vrachtwagens, motoren, bromfietsen, kortom van alles dat zich op wielen voortbeweegt: 800 voertuigen in totaal. Dat is veel, eigenlijk te veel om te behappen. En ook te veel aan onzin voertuigen, want moet ik in hemelsnaam met zeven Opel Kadetten of tien Volkswagen Kevers, waardoor echte interessante, oude auto's in het gedrang ten onder gaan. Van alles dat na 1950 op de weg verscheen is één exemplaar voldoende. Voor de eigenaar is zo'n Kadett wellicht het summum, maar voor het kijkend publiek niet. Door de grote ophoping van alles wat reed, was fotograferen, zeker voor mij, me voortbewegend met een rollator, een paskwil, toch heb ik een paar interessante wagens kunnen vastleggen. Daar was in de eerste plaats een vlak naoorlogse Cadillac. Natuurlijk met een V8, de zestiencylinders waren in 1941 al verdwenen. Vervolgens een Citroën C4 uit 1933, waarbij opvalt hoe de auto veel later van clignoteurs is voorzien, om aan de eisen van de Nederlandse wetgever in 1972 te voldoen. De laatste auto is een Chevrolet Special de luxe convertible uit 1940, in 2019 toegelaten tot het Nederlandse wagenpark.