Anders dan in Europa, waar, na het verbod op races van stad naar stad,
op een afgesloten circuit van openbare wegen rondjes moesten worden
gedraaid, werden in de Verenigde Staten naar analogie van wielrennerij
speciale banen geconstrueerd waarop geracet werd. In 1923 werden vijf Bugatti
Type 30's voor de Indianapolis 500 ingeschreven door de Argentijn De
Algaza. De Prins de Cystria eindigde op de negende plaats, de coureurs
De Vizcaya, Zborowski, Riganta en De Algaza zelf vielen uit met pech. De
Type 30 was Bugatti's eerste acht cylinder die echt in productie werd
genomen, want we kunnen de koppeling van twee viercylinderblokken uit
1912/'13 en het Type 28 slecht meetellen. De motor had een
cylinderinhoud van twee liter en kreeg voor Indianapolis vier
carburateurs. De wagens waren echte 'singleseaters' want er was anders
dan aan deze kant van de Atlantische Oceaan geen sprake van een
meerijdende monteur.