Een rage kan ik het moeilijk noemen, want daarvoor waren de kosten te
hoog, toch gebeurde het regelmatig: het installeren van een
vliegtuigmotor in een vooroorlogsracewagenchassis (de Eerste
Wereldoorlog, wel te verstaan). Het bekendst werd 'Chitty Chitty Bang
Bang '(niets te maken met het verfilmde boek van Bondschepper Ian
Fleming met Dick van Dyke in de hoofdrol), waarvan er in de vroege jaren
twintig een drietal werd gesconstrueerd door graaf Zborowski en Clive
Gallop op het landgoed 'Higham' van eerstgenoemde.
Chitty 1 was een vooroorlogs Mercedeschassis met een 23 liter
Maybachvliegtuigmotor (na de dood van de graaf gekocht door de zonen van
Sherlock Holmesauteur Sir Arthur Conan Doyle), Chitty 2 ontstond op
basis van een korter Mercedeschassis met een 19 liter Benzvliegtuigmotor
en Chitty 3 was, naar ik aanneem, een naoorlogs Mercedes 28/95-chassis
(ontwikkeld uit de Grand Prixracewagen van 1913) met een 14 liter
Mercedesvliegtuigmotor.
Ook 'Mefistofele' onstond op basis van een vooroorlogsracewagenchassis,
in dit geval een Fiat S.B. 4 uit 1908 waarin door Sir Ernest A.D.
Eldridge een Fiatvliegtuigmotor van het type A12bis geplaatst werd, met een cylinderinhoud 21,706 cc en waarmee hij op 12
juli 1924 in Arpajon, Frankrijk het wereldsnelheidsrecord op 234,980
km/u. bracht.