14.5.07

Friedman



Van Bulverde naar Austin, de Texaanse hoofdstad. Ik heb gebeld met Kinky Friedman om hem van mijn komst te verwittigen. Het is een moeizaam contact, de plaats, waar we elkaar zullen ontmoeten, wordt een paar keer gewijzigd.
Zijn elpee “Sold American” heeft in 1974 een verpletterende indruk op me gemaakt. Ik heb destijds meteen contact gezocht met zijn platenmaatschappij en gevraagd om een telefonisch interview, maar ik krijg de raad een lijstje vragen op te sturen en die zullen dan door Kinky op een bandje worden beantwoord. Het bandje opent met de zin “Blumenthal, I wish you a long and prosperous nose!” Dat is leuk, maar moet ik zoiets uitzenden? Ik doe het toch. Het heeft merkwaardige gevolgen. Een medewerker van een Nederlands countryblaadje, die zich ergert aan het feit dat Ik geen enkele behoefte heb om werkjes van Merle “Okie from Muskogee” Haggard in het programma "Nashville" te draaien schrijft in Volk-en-Vaderlandstijl een stukje over mij, over Kinky en over - hoe kies - de Wiedergutmachung. Excuses van de redactie zijn tot heden uitgebleven, maar misschien zijn die ook te veel gevraagd van mensen, die hun artikelen plegen op te leuken met foto’s van zichzelf en de geinterviewde countryster.
Ik ontmoet Kinky ergens in een buitenwijk van Austin. Ik kan bij hem logeren. Dat scheelt hotelkosten, maar is achteraf beschouwd geen goed idee. Later die avond zoek ik contact met de studio in Hilversum, om in “Truck” verslag te doen van mijn belevenissen in de Verenigde Staten. Kinky zit aan een tweede telefoon en begint met het vertellen van een reeks grappen, waarvan ik me afvraag of niet alleen vanwege het taalverschil, maar ook vanwege de inhoud, de luisteraars, ze wel zullen begrijpen. Ik grijp in en roep iets van: ’”Volgende week meer”.
De volgende avond gaan we naar een gelegenheid om naar muziek te luisteren. Ik rijd. In de club lopen we Jerry Jeff Walker tegen het lijf en Kinky maakt meteen een afspraak om na afloop met hem mee naar huis te gaan. Het moet een uur of half twee geweest zijn, als we eindelijk vertrekken. Jerry Jeff woont buiten Austin in een fraai van binnen met cederhout beklede woning. Het ruikt er naar ouderwetse potloden. Jerry Jeff en Kinky gaan naar de woonkamer en beginnen een urenlange discussie over Amerikaanse komieken. Ik blijf met mevrouw Walker achter in de keuken, vechtend tegen de slaap. Om negen uur de volgende ochtend vindt Kinky het tijd om naar huis te gaan, maar eerst wil hij nog langs een hoedenwinkel. Onderweg ontstaat een discusiie over Duitsland: daar zou hij na alles wat er gebeurd is nooit naar toe gaan. Eerst zwijg ik, maar langzamerhand wordt het me te gortig. Wat is dit voor onzin van een Amerikaan, die alles van horen zeggen heeft. We eindigen de rit zwijgend voor huize Friedman. Ik val als een blok in slaap. Als ik om een uur of vijf ‘s middags wakker word, slaapt Kinky nog. Ik schrijf een briefje waarin ik hem bedank voor de gastvrijheid en besluit ten behoeve van mijn eigen gezondheid aan mijn stutten te trekken.