2.5.15

1 mei

Ach wat ware het mooi, doch helaas vanwege een te late geboorte - hetgeen onze oosterburen in navolging van kanselier Kohl 'die Gnade der späten Geburt' noemen -  blijft het voor altijd een droombeeld: de frisse jonge stemmen van de Plasterkjes, Samsommetjes en Dijsselbloemetjes luid schallend tegen de gevels van de Haagse Hoefkade met "Hier is onze fiere pinksterblom", maar vooral met "Wij zijn de jonge garde van het proletariaat", zo nu en dan halt houdend waarna Roland en en Jeroen de meiboom van hun sterke schouders laten glijden, hem oprichten, waarop Sharonneke Dijksma, Lilietje Ploumen, Wilmaatje Mansveld, Loodje Asscher, Bertje Koenders samen met Roland en Jeroen, allen, zoals Rode Valken betaamd, in blauwe kiel en rode halsdoek, rond de met kleurige linten versierde meiboom dansen, terwijl beide Jettekes (Bussemaker en  Kleinsma) met hun mandolines  en Mattie van Rijn op altblokfluit voor de muziek zorgen. Intussen colporteert Diederik met "De Wiekslag", een vuurrode tulp in het knoopsgat, Sharonneke verlaat heel eventjes de dansers, wanneer ze tussen de omstanders een oude partijgenoot ontwaart, zij geeft hem een een stevige pakkerd en een drietal tulpen, totdat ze plotseling Rode Wacht Fraanske Timmermans ziet, die helemaal uit Brussel op zijn Gazelle is komen aanfietsen, maar toch net niet moe genoeg om even een lint te pakken en in korte manchesterbroek  mee rond de meiboom te dansen.
Drs.Barend-Otto ter Vloot, Steenwijkerwold