6.4.18

Jiddisch 5

Talen verdwijnen: zo verdween ongeveer tweehonderd jaar geleden het Cornish, men tracht het nu al een tijdje te reanimeren en dat is redelijk absurd, in feite net zo absurd als het creëren van  zogenaamde natuurgebieden met grote grazers. Niemand haalt het immers in zijn hoofd uit nostalgische overwegingen de Thalys te vervangen door een trein getrokken door een 141R,  alhoewel dat voor de stoomliefhebbers onder ons één  keer per jaar best leuk zou zijn.  

141R
Jiddisch is nog steeds een levende taal en dus niet een taal die  met kunsjt- en vliegwerk door zangeresjes met eurotekentjes in derlui oogjes e.d. tot wederopstanding moet worden gebracht. Reis naar Antwerpen, sla uit het station gekomen linksaf de Pelikaanstraat in en je hoort de taal, reis naar  Jeruzalem, bezoek Me'a She'arim en je hoort de taal en wie in New York een beetje moeite doet en zijn oren openzet hoort hem ook. De hoogtijdagen van het Jiddisch zijn voorbij: met de sprekers in Oost-Europa werd ook de taal grotendeels vermoord. We zullen geen grote schrijvers meer ontmoeten, er zullen geen dagbladen meer verschijnen en we zullen er voor moeten waken dat  Jiddisch enkel en alleen als een taal waarin liedjes worden gezongen, als  een soort gangsterdialect of als een  taal waarin met een vet accent Sam&Moosmoppen worden verteld, wordt beschouwd. Dat  wil trouwens niet zeggen dat er niet mag worden gelachen. In 2006 verscheen het fraai geïllustreerde "Yiddish with George and Laura", waarin, als ware het een kinderleesboek, de toenmalige Amerikaanse  president George W. Bush en zijn echtgenote op de hak werden genomen. Ik citeer: "See George.  He is our president. He lives in a fancy white house and is a big shmegegge." Op iedere bladzijde staat een Jiddisch woord met achterin het boekje de verklaring: "shmegegge (shmeh-GEGG-ee, with hard g's -n. A  buffoon, an idiot, a fool."