24.6.22

Pesten

Het pesten, noem het treiteren, begon vrijwel meteen, nadat hij, na de kerstvakantie, naar de nieuwe school ging. "Hij ging met Geertruida Nops." Wat gaan met was, daar kwam hij al snel achter:  hij had een verhouding met Geertruida. Dat was niet waar, want Geertruida was onaantrekkelijk. Ze had iets van een orang oetan en bovendien een heel grote  strik midden op haar hoofd. Waarom zou hij  uitgerekend met haar gaan? Maar het  leek een uitgemaakte zaak, alle jongens uit de klas zeiden: "Kees gaat met Geertruida".  Er ging geen dag voorbij of het werd, al was het meer heel even, aan hem meegedeeld. Het  getreiter nam toe, Joost vertelde aan iedereen dat hij op de Snoeklaan was gesignaleerd, want daar woonde Geertruida. Klootzakken waren  het. Henk, had heel vernuftig uitgezocht, wat neuken in het Engels was, nitchen, want als keuken kitchen was, dan moest neuken wel nitchen zjn en dus nitchte  hij met Geertruida. Toen een jongen, die twee klassen lager zat dan hij, informeerde of hij lekker met Geertruida genitcht had, greep hij de jongen bij zijn strot en zou  hem hebben vermoord, als een onderwijzer niet ingegrepen had. Hij kreeg geen straf, terwijl er voor vechten op het schoolplein straf bestond.