2.8.22

Onvoltooid tegenwoordige tijd enz.


Wijzig de volgende zinnen van onvoltooid tegenwoordige tijd naar onvoltooid verleden tijd en omgekeerd.
Maria gooide het kind met het badwater weg.
Het is erg druk in de vertrekhal op Schiphol.
Er dreven kleine takjes in de goot.
Moeder kan de wasknijpers niet vinden.
Kleine Frans loste het probleem als volgt op:
Maria gooit het kind met het bidwater weg.
Het was erg drukte in de vertrokhal van Schipholde.
Er drijven kleine takjes in de giet.
Moeder kon de wasknepers niet vonden.