Mijn twee houten bakken met gevuld met achtenzeventigtoerenplaten bevatten voor zo'n negentig procent procent jazz, de rest is folklore en nog het een en ander, zoals Franse chansons, een genre dat in Nederland vrijwel nergens meer gehoord wordt, een enkele uitzondering daargelaten, zoals in Bussum, waar de uitbater van Délifrance een Armeniër is, die natuurlijk Charles Aznavour hoog in het vaan heeft. Wie de zangeres Damia hoort denkt ogenblikkelijk aan Edith Piaf, maar eigenlijk moet ik die bewering omkeren want jaren Damia verscheen eerder op het Franse tapijt. Damia's echte naam was Louise Marie Damien (1889-1978) (maar een andere bron vermeldt als geboortenaam Maryse Damien en als geboortejaar 1892), oorspronkelijk actrice en danseres, debuteerde ze als zangeres in 1911. Drie jaar later opende ze haar eigen theaterje in Montmartre "Le Concert Damia" en kreeg al snel naam als zangeres van het "chanson réaliste". Advies kreeg ze op zeker moment van Sacha Guitry, die haar haar in piepkleine krulletjes, de nepjuwelen en de rode jurk met gouden franje maar niets vond en zich afvroeg waarom ze zich kleedde als een dompteuse van een vlooientheater.Vanaf dat moment trad Damia op in een eenvoudige zwarte jurk. "C'est la Guinguette" (met op de achtergrond het Russische Afonskykoor) werd opgenomen in 1936.