17.12.11

Literatuur 5

Hij zou zijn grootvader even bellen, die had hij ooit over die Dick Bosboekjes gehoord: hoe het onderwijs vlak na de oorlog geprobeerd had de verspreiding van die boekjes vanwege pedagogische redenen tegen te gaan. Pake zou ongetwijfeld de schrijver weten en dan kon hij, voordat hij aan de Havankexpeditie begon, collega's in Den Haag vragen of ze daar ook met een park met  als centrale figuur een detectiveboekjesschrijver bezig waren. Zou er trouwens ergens een Ian Fleming Street of een Leslie Charteris Street bestaan?  Leuk om te weten natuurlijk, maar het niet bestaan van die straten daar, zou meneer Miedema natuurlijk niet verhinderen in Leeuwarden toch met het Havankpark  door te gaan. Bovendien zouden ze het in Londen waarschijnlijk idioot vinden als hij daar naar het bestaan van een Agatha Christie Street zou informeren.
Zolang Marrichje van der Brol niet op zijn kamer zat, en ze kon natuurlijk elk ogenblik binnenkomen, eerst pake bellen:
"Goedemorgen pake, hoe heet de schrijver van de Dick Bosboekjes?"
"Bistou niet an't werk, jonkje?"
"Jawel, daar gaat 't nou precies om. Ik moet alle Havankboekjes lezen en..."
"Maar Havank het die boekjes niet skrewen, hoor."
"Nee, dat weet ik, maar ze willen in Leeuwarden een park maken met straatnamen uit de boeken van Havank."
"Moai idee jonkje en dan ferfolgus 'n wykje met Liwadder straatfiguren: het Anne-met-de-Gaffelplein, de Bonnestraat, de Roosje Cohenlaan en de Ouwe Hattesingel, seker?"
"Misschien wel pake, maar hoe heet de schrijver van Dick Bos?"
"Alfred Mazure! Ik mocht die boekjes fan tuus niet leze, mar ik hew 't toch deen fanself..."
"Hardstikke bedankt, pake, daar kan ik mee aan het werk. Dag pake."
"Dag jonkje!"